Zoals het vroeger was, na de nieuwbouw in de jaren 60-70
Hervé
Mijn grootvader Joseph Marie Judocus(1876-1931), grootmoeder Eugenie Marie Johanna Van Landuyt (1883-1960)en de kinderen
Grootvader Joseph ID
Grootvader Joseph ID
Overgrootouders en kinderen Karel Lodewijk Redant
Overgrootvader Karel Lodewijk Redant (1829-1902)
Grootvader Joseph en Grootmoeder Eugenie huwelijksfoto
Manufacture van grootvader Joseph Redant
Dochter Maria, overleden in de jeugd van haar leven
Eugenie (Maria Johanna) Van Landuyt, de krachtige grootmoeder, die na de vroege dood van grootvader... haar kinderen opvoedde op de boerderij
Tante Paula,tante Irene, Robert mijn Pa en nonkel Hector; tweede rij nonkel Charles, nonkel Emile, tante Esther, nonkel Edouard en nonkel Herman
Afbeelding van het Redantes Hof , hangt nu op prominente plaats in mijn woning
Nog een mooie foto afbeelding van ons Hof, het Redanteshof, als je kunt inzoomen staan Ma en Pa er op.
Redantes hof
Denderhoutem
Het relaas van de bewoners en familie
Zoals ervaren door de laatste bewoner nog in leven
Hervé Redant
© Hervé Redant 2024
“Er hangen grijze donkere wolken boven het Redanteshof, de wind schudt de bomen, Robert komt de buitendeur uit, en rochelend gaat hij het Hof op om als boer te kijken of er onweer en regen komt. Als geen ander weet hij dat de boer volledig afhangt van het weer, en soms kan de barometer daarbij helpen. Hij kijkt naar de boom die hij 50 jaar geleden gepland heeft, en hoort en ziet de takken zwiepen. Hij is bezorgd om het dak van de oude schuur, en het achterdak van de hooizolder links van de achterpoort. De kippen zitten veilig maar de honden, een Mechelse scheper en de 2 Duitse Schepers zijn onrustig. En lopen hun kooi rond. De vogels zijn verdwenen, hij en het hof, Maria en de kinderen binnen zijn veilig en hebben het warm. Hij en het hof en zijn kopzorgen voor morgen en overmorgen. Hij hoort het van alle boeren, ze willen de kleintjes eruit.
Sommigen lachen nog in een roes van ontkenning of leven hun renten op, maar Robert zou nooit opgeven en zijn vrouw Maria was een sterke vrouw, een doorzetter, een Paeleman-Corryn, hun doel was de kinderen geven wat ze nodig hadden, een goede opvoeding en toekomst. Hij en Maria waren van boerenafkomst. Moeder Eugenie had hem dit ingeprent, en toen vader Jozef overleed en Robert jong was, negen jaar, had deze ook hem gezegend en gezegd: ‘Ook jij Robert moet moeder helpen en hard werken en later uw eigen leven leiden zoals de Redanten altijd hebben gedaan, hoofd omhoog en zich bewust zijn van jullie stand. Robert had dit in zijn hart geprent. Dat was zijn taak en leven.
De wind ging wat liggen, er vielen enkele druppels, Robert ging binnen en sloot de deur goed achter zich”
Een relaas van leven op de boerderij het Redanteshof, van 1952 tot ong 1976, jaar van mijn huwelijk, nadien woonde ik nog enkele jaren met Lieve in Denderhoutem, Kerksken en Aalst. Tot rond 2012 ben ik regelmatig op het Hof geweest.
Dit is een subjectief verhaal, mijn verhaal, dus geen geschiedenis, maar hoe ik het leven op het hof heb beleefd en ervaren, er te wonen, op te groeien er weg te gaan om een nieuw gezin te stichten, de wekelijkse bezoeken op zondag van Lieve en ik, en vanaf 1979 met Jelle, de zondagse schaakpartijen met mijn lieve broer Andre ,en de dood van Pa, Andre en tenslotte Ma in het woonzorgcentrum Avondzon. Het Hof sleet ook met hen mee en brokkelde af, de schuur moest afgebroken worden van de Overheid, toen Pa al 82 was……
En tenslotte bleef er niets meer over dan de herinneringen, die vager werden, en wat het nog erger maakte, mijn grootouders waren weg, mijn ouders ook en tantes en nonkels, en diegenen die ons boerenhof 60 jaar geleden hadden gekend waren op enkele vingers te tellen, en hadden er nooit echt gewoond.
Daarom dacht ik, Hervé jij moet je herinneringen ‘op papier of website zetten, voor de mensen die het Redanteshof nog hebben gekend, voor je nageslacht, je zoon en twee kleinzonen, en voor de familie en vrienden die nu jong of ouder zijn, en iemand op een foto herkennen of zich gaan herinneren waar hun familieleden vroeger woonden en vanwaar ze komen. Het is geen familiegeschiedenis, noch een geschiedenis van een Hof, het zijn mijn onvolledige en subjectieve impressies. De foto’s zijn die, die ik heb weergevonden…..op zolder of de latere in albums.
Mijn werkwijze is eerst een inleiding over het leven op onze boerderij, en het leven van Ma, Pa, André en het mijne. Anekdotes, herinneringen…zaken die me bijgebleven zijn, en me gevormd hebben. Ik heb geen gedetailleerde beschrijving gegeven van ‘een’ boerderij, ze hadden ongeveer allemaal dezelfde indeling en werking. Daar is al genoeg over geschreven.
Nadien ga ik aan de hand van foto’s en documenten wat meer schrijven over de foto’s en mensen erop en de documenten. Natuurlijk zijn er al documenten verloren gegaan of liggen deze ergens anders, of onder het stof, of ergens in een doos. Zo ben ik op zoek gegaan naar een “boekhoud schrijfboek” van mijn grootvader, een soort “journaal” waarin hij inkomsten en uitgaven van een bedrijf weergaf. Ik heb het niet meer weergevonden… ik studeerde boekhouden toen ik dit ergens op zolder vond, een ingebonden ‘journaal” met het sierlijke handschrift van grootvader Joseph… maar helaas verloren gegaan..
Ik heb er ook mijn grootouders langs moederszijde even bij betrokken en wat toelichting gegeven aan de hand van enkele foto’s. Aangezien het geen familiegeschiedenis is heb ik me wel beperkt tot de Redanten en het Redanteshof.
Ik ben ervan overtuigd dat mensen liever een oude foto zien dan te veel tekst.
Opgedragen aan
Mijn grootouders Joseph Redant en mijn kranige grootmoeder, Eugenie Van Landuyt.
Mijn grootouders langs moederszijde Hector Paeleman en sterke grootmoeder Clara Corrijn,
Mijn ouders Maria en Robert en mijn broer André
Al mijn nonkels en tantes, nichten en kozijns en familie, alsook vrienden.
Mijn echtgenote Lieve, mijn zoon Jelle en zijn vriendin Shade, en mijn twee kleinkinderen Malik en Rocco.
Wij zijn bijna het verleden, zij zijn de toekomst….
Ik heb de geschiedenisboeken die geschreven zijn over ons dorp gelezen, stuk voor stuk waardevolle boeken. Dus dank aan al deze mensen, vooral aan de Heemkundige Kring van Haaltert. Natuurlijk zijn er hier en daar hiaten, mijn grootvader wordt nergens vernoemd als kanthandelaar, ‘propriétaire de manufacture dentelles Redant-Van Landuyt’. Alhoewel ik nog in bezit was van kantwerk en patronen die toen door huisvrouwen gemaakt werden voor de ‘manufacture van mijn grootvader’. Het was toen nog gebruikelijk om de Franse taal te gebruiken, mijn grootvader las ook altijd nog de ‘Libre Belgique’. Ik heb het daar later eens met mijn Pa over gehad, waarom hij geen kranten of boeken las. Hij was daar altijd wat ontwijkend in, en zei dat hij goede schoolresultaten had, maar het boerenleven hem meer ‘afging’. We hebben er zelfs eens ruzie over gehad, hij eiste van mij dat ik altijd zeer goede schoolresultaten had, en toen heb ik hem onbesuisd gezegd, ‘weet je wat het was, je had geen ambitie, en grootvader Joseph was er niet meer.. . en daarvan hebben jullie geprofiteerd om het maar rustig aan te doen’. We hebben toen twee weken niet meer tegen elkaar gesproken… Wat zou Stijn Streuvels daarover geschreven hebben….En ik had spijt van mijn onbesuisde uitspraak…
Ik heb nog eens sommige nummers van onze heemkundige Kring of wat er interessants kon instaan voor mij in dit verslag, gelezen en hier en daar nog iets bijgeleerd.
Alhoewel ik geen kerktoren-mentaliteit heb en me eerder globalist noem, ben ik nog altijd geïnteresseerd in de geschiedenis van onze streek en ruimer Vlaanderen. “De Bourgondiërs”, het boek van Bart van Loo is een uitstekend werk hierover. Om te achterhalen vanwaar wij Vlamingen komen, en hoe we door de eeuwen heen hier zijn terecht gekomen. En waar de oorsprong van Vlaanderen ligt.
De mens in Vlaanderen of België of Europa is niet erg verschillend met de mensen die ik heb ontmoet tijdens mijn vele reizen in meer dan 25 landen Ik heb geleerd dat de gewone man en vrouw overal hetzelfde nastreeft, namelijk een beetje comfort, geluk en gezondheid voor hen en hun gezin. En vooral een goede toekomst voor hun kinderen.
Dit is ook wat de bekende auteur Ilja Leonard Pfeijffer in zijn prachtige boeken schrijft. Zijn boek Grand hotel Europa zou iedere Europeaan moeten lezen.
Maar zoals een schrijver schreef, je kunt een jongen uit een dorp halen, maar je kunt het dorp niet uit de jongen halen. En maar best ook…..
Aan de boeren van toen en nu en zij die de boerenstiel kenden, ik ben geen landbouwer en ben er ook nooit een geweest en zou er nooit een geworden zijn. Onze Pa zei dat ik er de geschikte handen niet voor had, en dat een pen of bic mij beter stonden. Natuurlijk wist ik dat zelf ook wel. Van mijn 12 jaar las ik veel, eerst boeken uit de parochiale bibliotheek, later werkte ik op vraag van de onderpastoor in de bibliotheek, o.a. een nieuwe catalogus opmaken op schrijfmachine. Slechts later in de opleiding in het leger heb ik blind leren typen, wat mij nu op de Iphone bij ingeven teksten nog altijd helpt en overigens bij elke tekst. Maar was ik absoluut geen uitmuntende leerling in de humaniora, vele vakken als chemie of wiskunde interesseerden me niets, absoluut niets, ik las veel en schreef teksten voor schooltijdschriften, in ‘opstellen’ was ik altijd de eerste. Boeken, politiek achter de schermen, mijn job en reizen en uit dat alles leren, dat was en is mijn leven.
Ik was vlug politiek nieuwsgierig, en ik volgde ook de landbouwpolitiek. ik wist dat Europa met plan Mansholt de kleine boerkes eruit wilde, wat economisch enigszins te verantwoorden was, maar een menselijke ramp voor velen. De grote agro-economie en hun vertegenwoordigers in grote veevoederbedrijven beïnvloedden de landbouwers echter door hun schaalvergroting aan te praten, eerst 25 koeien ipv 10, later 100 koeien en meer, met de varkens hetzelfde zodat we nú ongeveer 5 miljoen varkens in Vlaanderen hebben wat in conflict komt met natuurgebieden en klimaatbeleid. De waarheid is dat er in Vlaanderen geen plaats is voor dit soort landbouw. Die grote bedrijven hadden de landbouwsector volledig in hun handen, ze praatten de landbouwers enorme leningen aan, meestal bij bevriende bankinstellingen, ze konden het voedsel, met alles wat ze er bijvoegden aan hun prijs leveren en hadden controle op afnemers en consument. En die grote agro-economie bedrijven verdienden er een mooie euro mee, zoek eens naar vermogen en winst van de Boerenbond in 2023. Ook vandaag is dit een zeer gevoelig politiek probleem, landbouw en klimaat moeten elkaar vinden, veel jonge boeren weten niet meer wat gedaan, hebben geen toekomstzekerheid enz. Zeker een taak voor Europa en de regeringen in ons land.
Enkele vinden dé oplossing in kleinschalige bedrijven, de korte keten, en zich specialiseren. Een voorbeeld daarvan is het goed draaiende bedrijf Bosschelle De Middeleer-Redant in Denderhoutem waar Nadine en Wim hebben voor gekozen, dat nu wordt voortgezet door hun zoon Laurens. Mijn kozijn Dorsan en vrouw Bernadette hebben er ook helpen een succes van te maken. De mond-aan-mond-reclame van Bernadette was hun beste publiciteit, Bernadette… een pracht van een vrouw…
Toen ik twaalf was startte ik de humaniora in het bisschoppelijk college te Ninove bij klastitularis Staf Scheerlinck, eminent leraar. Ik heb een foto (zie onder foto’s)van onze klas en denk er enkele vrienden van Denderhoutem in te herkennen, tegen mij op de foto Willy de Bodt uit de Nieuwstraat, andere kant van Staf meen ik Geert Kiekens te herkennen, de rij hoger Luc Haezaert en boven Willem Deleu uit de kapelstraat. Geert en Luc heb ik later beter leren kennen in de KSA. Spijtig dat ik geen enkele foto heb uit mijn KSA-tijd. Ik vond het een fijne tijd, zeker omdat het leven op een boerderij nogal geïsoleerd was.
Toevallig nodigde mijn kozijn uit Ninove, Koen de Geest (gewezen Dir.gen. bij de ECB in Frankfurt) me in April 2024 uit op de voorstelling van Staf Scheerlinck zijn laatste boek over Nederhasselt “het gordijn schuift even open”. Staf is negentig jaar. Toen ben ik begonnen met het neerpennen (of ingeven op word) van herinneringen, anekdotes, en toevoegen en schrappen, met deze al bij al, korte tekst, daar ik slechts vanaf mijn geboorte in 1952 op het hof gewoond heb. En toen waren de meeste nonkels en tantes al weg op het hof.
Ik ben Hervé Joseph Hector Redant. Het was de gewoonte toen van de tweede en derde voornaam te noemen naar de grootvader langs vaderszijde en grootvader langs moederszijde. Geboren 29 december 1952. Samen met mijn broer André en mijn ouders Robert Redant en Maria Paeleman waren wij de laatste bewoners op het “Redantes Hof”. André was enkele jaren jonger dan ik.
In mijn prilste jaren woonden er mijn grootmoeder Eugenie Van Landuyt, (24 september 1883-10 januari 1960) weduwe Jozef-Joseph Marie Judocus Redant, (7 juli 1876-13 september 1931) (kanthandelaar-landbouwer, expert-comptable), die op 55-jarige leeftijd overleed), mijn tante Irene, nonkel “Chalen”, mijn vader en moeder en wij de twee bengels.
Mijn vrouw Lieve zegt altijd dat ik daar doodverwend werd door van schoot naar schoot te gaan. En de gevolgen daarvan nog altijd merkbaar zijn…
Ik herinner me nog heel goed ons Hof en grote boomgaard van meer dan 1ha, met tientallen fruitbomen op, waar ook twee paarden liepen, een boerenpaard en een “sluwe ranke loper”.
Het was ons persoonlijk pretpark. André en ik konden er in bomen klimmen, kersen eten die “Sjipper Michiels en zoon ” elk jaar kwamen plukken, we aten soms te veel pruimen met de gevolgen, de afgevallen appels waren voor appelmoes (gezond en goedkoop).
We hadden ook een grote schuur die vol stro stak en oude en nieuwe landbouwmachines, zelfs een pikdorser. Onze Pa en zijn broer nonkel Ward werkten veel samen, gebruikten mekaars machines, enz… Nera, Jef en William waren geburen en we werkten veel gezamenlijk.
Onder het stro in de schuur was ook een geheime ruimte waar ons vader en broers zich in de oorlog wegstaken voor de Duitsers. Ons grootmoeder is eens ondervraagd, en ze zei ‘neem mij maar mee’, maar met de bruine wandhorloges en een paar andere spullen waren de Duitsers tevreden en ze dropen af. Na de oorlog reden de Redanten met een mooie paardenkoets in de parade.
Achter de schuur was een silo voor de bieten. Daar ook had mijn Pa in de jaren 40 een boom geplant, die nú uitgegroeid was tot een geweldige boom. Je ziet hem op een foto.
Daarnaast de koeienstal, en de varkensstal, den beerput met een houten plank op die als WC diende. De oude “parochiebladen” waren het WC-papier (niet geparfumeerd). Er was dus dan al recyclage.
De inhoud van de beerput werd op het land als bemesting uitgespoten door een beerkar. Het was best er niet achter te gaan lopen …
De linker gevel was woongedeelte, en ’s avonds bij slapen gaan maakte mijn nonkel Chalen met de hand figuurtjes op de muur, als een konijn of weet ik veel. Had iets met licht te maken. Eenvoudig maar zo prachtig “speelgoed “, waar je als kind zoete en soms angstige dromen van kreeg. Zelfs al viel in de winter af en toe eens een druppel ijswater van het plafond. Verwarming op slaapkamer bestond toen nog niet. Maar ik sliep er goed en veilig geborgen.
Boven het woongedeelte was de zolder, waar bij oogst de tarwe werd gedroogd. Het was een zwaar karwei die zware zakken op een smalle steile versleten trap naar boven dragen. Nu zou die “kinderarbeid” verboden worden…
Toen bestond er ook nog geen “fijn stof”, maar als je op de pikdorser stond was je neus binnenin volledig zwart van het stof, evenals je keel. Ik zie kozijn Jef, de broer van Nera, en zoon van nonkel Ward, daar altijd nog opstaan. We zijn er niet van doodgegaan… misschien was het stof toen nog van ‘betere kwaliteit’….
Ik herinner me ook nog dat we zeker om de twee weken te voet ’s avonds door de baantjes van de Stichelen naar Kerksken gingen bij nonkel Hector en tante Leonie. En de al jongvolwassenen Dorsan en Greta. Het was daar altijd zo gezellig, er waren boekjes, weekbladen, TV, alles nieuw voor mij. Nonkel Hector was een hereboer. Er waren een zus en broer van tante Leonie. En ze ‘speelden’ met de duiven. Later werd het duivenmelken voortgezet door Dorsan, die voorzitter werd van de Kerkraad(zoals zijn Pa nonkel Hector),een zeer gezellige nonkel, spijtig genoeg te vroeg gegaan. Enige tijd later begonnen Greta en echtgenoot Paul een beenhouwerij voor de ouderlijke hoeve in den beneden Berg te Kerksken. Soms gingen we dan bij Greta en Paul, in de beenhouwerij om wat vlees. Het ‘gekapt’ (gehakt) van hun beenhouwerij was en is het beste van Vlaanderen. Paul was zoon van de burgemeester van Heldergem, en doordat hij in Spanje , niet ver van Roquetas de Mar, een mooi appartement had, heb me later laten inspireren er ook een te kopen, rond Alicante in Santa Pola.
Ik heb het met Paul dikwijls later op begrafenissen of zo over de belastingen gehad, en we hadden het erover dat de belastingdruk in België absoluut te hoog was, onze gesprekken waren altijd hartelijk, en nog hartelijker als mooie lieve nicht Greta erbij zat…. Paul had met Greta de lotto gewonnen..-) .Later bracht Lieve het lekker gehakt en ander vlees mee van zoon Bart en vriendin Els.
Als belastingambtenaar wist ik al te goed dat er geen politieke wil was en is om de belastingdruk te verlagen, en de heilige huisjes van verspilling en onnodige uitgaven niet aangepakt werden. Er zijn teveel overbodige politieke en semi-politieke instellingen die mekaar overlappen (bezet door kleine of grote politici) Deze administraties maken elke dag regeltjes bij. De echte problemen worden nooit aangepakt, en ….de bevolking wil geen ‘verworven rechten’ afgeven. Alleen over plichten hoor je niets meer…Ik wist toen al dat dit de ondergang van onze economie, na de landbouw ook de tweede sector, ging zijn. Ook waren en zijn we zeker vandaag niet innovatief genoeg, dit geldt natuurlijk ook voor meerdere Europese landen, kijk naar Duitsland..en hun autoindustrie. Overigens heeft Europa geen grote tech bedrijven, geen Google,-Alphabet, geen Microsoft, geen Apple, enz… En militair stellen we niets meer voor. We zijn het ‘Avondland’ geworden, zelfs ons onderwijs gaat al jaren achteruit, onderwijs moest ‘plezant’ worden, fun…en met inspraak van de ouders….
In de toekomst gaan we het Bokrijk van de wereld worden als er niets verandert.
De boerenstiel was natuurlijk hard, ’s morgens vroeg op, de ganse dag vanalles te doen. En als boer hing je af van de natuur. We hadden geen weermannen nodig, de barometer was de gids.
Zondags moest ik mee met Pa de koeien melken vooraleer naar de mis te gaan, ik ben zelfs nog lid geweest van de Heilig Hart bond, waar zelfs ons vader geen groot aanhanger van was. En dus vlug gedaan was, de wereld en de kerk evolueerden toen vlug.
Mijn Moeder was Maria Paeleman en zij en haar ouders Clara Corrijn(1895-1988) en peetje Hector(1893-1974) waren zeer katholiek. Een gegoede familie, want met moeders help kon vader zijn broers en zussen ‘uitkopen’ om de boerderij op zich te nemen.
Van de winters herinner ik me, het sneeuwde toen nog elk jaar ,dat we nog voor schooltijd per slee om nonkel Chalen reden die dan al bij tante Irene woonde met Clement. Soms mocht ik mee met tante Irene naar het scholeke in de Vondelen, waar zij hoofdonderwijzeres was, en o.a. de kolenkachel moest aansteken ’s morgens. Later hebben Irene en Clement een zoon gekregen, Roland ,later voetbalfanaat en door iedereen in Atom gekend. Een brave jongen die van het Boergondische leven houdt, maar ook graag een praatje maakt met iedereen, en graag een pintje drinkt. Tante Irene en Roland kwamen elke week eens langs, koffiedrinken met taart, door mijn broer Andre gebakken. En Roland nam altijd het grootste stuk….of twee….
In de winter moest ik ook rapen gaan trekken op het veld achter de hoeve van Huylebroeck. En in blote handen bij winters die nog winter waren was dit allesbehalve aangenaam.
De zaterdag was de dag om de binnenkoer te vegen en te onderhouden, dit was werk voor ons Andre en Hervé. In de namiddag kwam de melkwagen dan langs, die een nieuwigheid verkocht, yoghurt. Er was keuze tussen twee kleuren in kleine flesjes, roze of witte yoghurt.. We waren er zeer tevreden mee toen, vandaag heb ik moeite in het warenhuis te kiezen uit tientallen potjes yoghurt…of hoe we nu verwend zijn.
Ik herinner me ook dat op een bepaalde dag Idaken in haar kruidenierswinkeltje in de Borrekent op zaterdag of zo begon met ‘bezekoeken rozijnenkoeken’ te verkopen, ‘suisses’, een absolute lekkernij voor ons toen, natuurlijk een koek per persoon.
Voor onze voeding werd er ook nog regelmatig een varken geslacht op het Hof. Ik vond het normaal, maar het varken waarschijnlijk minder, toen het een zware klop kreeg op het voorhoofd met een houten hamer, en direct na de val werd het varken in de hals gestoken met een vlijmscherp mes om het bloed op te vangen voor de zwarte pensen. Er was een toelating nodig van de gemeente voor slachting, of dit altijd gebeurde weet ik niet meer. Het varken werd op een ladder gehangen, en Hermanneke die de stiel kende kwam later het varken bewerken, uitbenen, hespen uitsnijden en zoveel meer. Hij had apparatuur mee om witte en zwarte pensen te maken, er werd kop gekookt . Er was lekker smout. Bijna niets ging verloren. Aan nonkel Ward en tante Irene uit de buurt werd wat vlees geschonken, een ‘zenne’. In elk geval was dit nog kwaliteitsvlees… vergeleken met veel ’troep’ die we vandaag eten.
Een keer per jaar kochten we vis rechtstreeks bij een vismijn aan de kust. we kregen dan vele kg’s vis, allerlei soorten, die in pakjes werden verdeeld en ingevroren. Vis was luxe en lekker.
Op een boerderij waren de dieren van essentieel belang, onze Pa zorgde voor alles, vooral zijn paarden. Op een dag is er eens een jong paard de openbare weg opgelopen, en werd door een auto gegrepen. Drama voor paard en auto, gelukkig waren we verzekerd. Het paardenvlees was lekker en voedzaam.
Ook de koeien moesten verzorgd worden, en we moesten ook meehelpen bij het kalven, meestal een langdurige soms nerveuze bedoening, en altijd ’s nachts… Meestal werd gebruik gemaakt van een houten trektuig om een kalf te helpen bij de geboorte. Onze Pa bevestigde het houten trektuig rond de voorpoten van het kalf in de koe, en met de hulp van een soort primitief katrolsysteem en meerdere personen, soms nonkel Edward, trokken we het kalf voorzichtig naar buiten. Alleen voor zeer complexe gevallen werd om de “paardemeester’ gegaan, die in Kerksken woonde. Ooit hebben we spijtig genoeg eens een kalfje zodanig hard eruit getrokken dat het rugje gebroken was. Ik sliep die nacht heel slecht.
Voor het veldwerk hadden we toen ik klein was nog een helper Talis en soms kwamen de vrouwen Lobijntjes ook helpen, bij aardappelen rapen of iets anders, ik herinner mij dat het er soms plezant aan toe ging, want de Lobijntjes hadden geen ondergoed aan…en de mannen durfden al eens gluren of iets meer. Gelukkig heeft ons Ma dat nooit geweten, of misschien verbeeld ik het mij alleen -)
De grote vakanties waren de verfwerken voor mij, elke zomervakantie moest er alles en nog wat geverfd worden. Op vakantie gingen we niet, en we moesten “bezig blijven”. Eigenlijk deed ik dit graag, rustig, wat nieuwe muziek beluisteren op radio(de piratenzenders), de ramen aan de zijkant van ons nieuw huis, en het nieuwe bijgebouw erachter. Vooral ook omdat daar in hun tuin de buurmeisjes speelden, en als puber, tja je weet wel. Ik fantaseerde er over ‘s avonds in bed en sliep een zalige slaap. De namen ken ik niet meer, maar ze woonden schuins rechtover ons, beeldschone dochters van Marie-Louise denk ik, de dochter van Taaf. Later zijn daar nieuwe buren komen wonen, als Danny.
Er was dus toch een buitenwereld…
We gingen naar de Borrekentschool, bij meester Provoost en Huylebroeck. Ik herinner me dat ik met Willem Deleu uit de Kapelstraat afwisselde voor de eerste of tweede plaats in de examens. Er was naast het huis van de Champetter nog een smal baantje, naar de Borrekentschool, wat ons de hoek om bespaarde.
In de jaren 60 werd door de slechte staat van het voorste gedeelte van het Hof, het waren donkere vochtige hoge kamers, een nieuw huis gebouwd. Natuurlijk nog met een klein schoonkamertje, bedoeld om een overledene in op te baren. Maar al vlug werd er een keukentje van gemaakt. Lieve, dochter van Gerard uit de Zonnestraat, en ik werden er elke zondag in de namiddag om 3.00u stipt verwacht voor koffie en lekkere taart. Mijn broer was patissier bij Defensie en zijn taarten waren altijd te lekker en te groot. Na de taart, terwijl Pa naar de koers of een dierenprogramma keek, schaakten Andre en ik heroïsche partijen. Ja, ook toen veranderde alles vlug, er kwam tv, moderne keukens en badkamer, enz, Er werd over het werk, gezondheid, familie, enz gebabbeld. Lieve was onderwijzeres in Appelterre en ik Inspecteur op de Bijzondere Belasting Inspectie in Brussel. De laatste 7 jaar van mijn loopbaan werd ik expert op het kabinet van de Adm.-generaal der belastingen.
Mijn wetboeken leerde ik aanvankelijk uit het hoofd in onze grote kippenhangaar die er later op de boomgaard bij gekomen was. Ik moest zien dat de kuikentjes die nieuw waren mekaar niet vertrappelden, maar ik leerde daar het best het burgerlijk recht, handelsrecht en fiscaal recht. Wat waren het toen andere tijden…ondertussen is het Fiscaal recht in omvang verdrievoudigd en van milieurecht was amper sprake.
Ons vader verbrandde veel afval op de grote boomgaard, wat later verboden werd en waarvoor hij bijna eens een PV kreeg.
Mijn ouders zagen echter het liefst ons zoontje Jelle die in 1979 was geboren. Ons moeder verbood onze Pa met zijn Duitse en Mechelse herdershonden binnen te komen als de kleine er was.
Jelle woont nu met vriendin Shade op Haaltert in een mooi gerenoveerd huis, erg landelijk. Ik ben ondertussen opa van 2 zonen, Malik en Rocco. Het geslacht zal dus niet uitsterven.
Bij mij hangen ook twee prachtige foto’s uit de lucht genomen van onze hoeve.(je ziet ze ook op foto)
Toen Lieve en ik jong waren hebben we het Hof eens gebruikt als festival, om met vrienden uit Atom… de ‘ei-koningin’ te kiezen… en natuurlijk was er drank en van alles genoeg of teveel . Lawaai en muziek genoeg, zeiden de buren nadien. Dirk De Coen, Jan Van Hecke, Rikske Dierickx en anderen zullen zich dit festival nog goed herinneren. En de ei-koningin werd…. Lydia Troch. Hare Pa zag ik dikwijls in de parochiale zaal, met mijn schoonbroer Paul. Maar mijn stamcafé was in de Eigenstraat, bij Magda en Etienne. Er was dus ook genoeg tijd voor amusement, en plezier.
Dit in navolging van de boeren kermissen op het hof, waar altijd heerlijke maaltijden bij waren, een varken werd geslacht, en andere. Bij die gelegenheden werd er Dort gedronken, in de week en anders af en toe tafelbier. Toen ons moeder huwde met mijn vader stelde ze twee voorwaarden aan Pa, gedaan met roken en met op café gaan, en met de duiven spelen. Ik denk niet dat mijn Pa nog ooit in zijn leven alleen op café is geweest. Hij had werk genoeg en hield van de natuur en de dieren.. en zijn gezin en familie. Ik ben nog altijd trots op hem. Alhoewel ikzelf nooit akkoord zou zijn gegaan met die voorwaarden. Roken heb ik nooit gedaan, op café gaan wel, is tenslotte ook een sociaal gebeuren.
Ik las graag en veel en schreef gedichten, zoals mijn nicht Nera, die het dorpsleven van nabij opvolgt, ze is zelfs Turfboerin geworden in Denderhoutem. Ook tante Irene schreef gelegenheidsgedichten bij verjaardagen, feesten, jubileums e.a.. Het zit in de familie (ook de Redanten van Haaltert waren bekend door hun cabaret indertijd en de boeken van Gilbert Redant blijven actueel). Alhoewel ik geen voorstander ben van dialecten, we hebben te hard moeten studeren om een beschaafde Nederlandse taal te kennen. Ik ben ook geen mens die in verenigingen is, en pensenkermissen, carnavals zijn niet aan mij besteed. Met carnaval-Aalst ben ik meestal in buitenland of in mijn appartement aan de kust, of ik blijf vier dagen binnen.
Ik heb een paar vrienden waarmee ik koffie drink in een rustige café, (toch ‘s morgens),en we het over de dagdagelijkse dingen hebben. Maar ook over opinie stukken in De Standaard of De Morgen. Of over voetbal, Aalst-lede of echte ploegen die spelen in de Champions League. Ik ben ‘socio’ van CF Real Madrid, en ben al verschillende matchen gaan bekijken in Bernabeu stadion in Madrid. Op een avond zaten we achter ‘de goal’ waar Courtois in stond, en ik riep heel luid “allez Thibo pak ze he”, en misschien toevallig draaide Thibault zich om en zwaaide. Mijn Spaanse vrienden waren sprakeloos en denkende dat Thibault en ik elkaar kenden, heb ik heel de avond en nacht op hun kosten mogen drinken.
De avond is lezen, of een goeie film, mag soms crime zijn, de Engelsen en de Scandinavische series zijn top. Geen politieke prietpraat programma’s a la Verhulst voor mij, of James shows ,en VTM en Play staan op mijn tv op nr 567 of zoiets, het worden meer en meer marginalen-programma’s, waar men mekaar uitlacht, en men meestal dezelfde bekende BV’s ziet en hoort. Maar schijnbaar wil de massa zoiets..mij niet gelaten “geef ze brood en spelen”…en ze zijn tevreden…Van den Bocky heb ik als uitzondering eens een goed programma gezien, in dat woonzorgcentrum. Hij is een goeie vriend van mijn zoon, en hij was content dat ik zijn programma waardeerde. Het is ook het enige programma hoor. Engelse humor kan ik nog appreciëren, Fawlty Towers, Hyacinth,… Maar een goed boek daar gaat niets boven, op mijn Kobo e-reader staan er zeker nog honderd nog te lezen. Of een tentoonstelling, museum, af en toe een optreden. In Aalst is veel te doen en te zien. Een mooi centrum en belfort. De stad wordt ook al jaren goed bestuurd, en ik heb me er nog nooit onveilig gevoeld, ook niet op statieplein. Ik woon er wel ‘aan de goeie kant van de Dender…En zoals onze burgemeester ‘’Dozje” treffend zei na de verkiezingen, Aalst is Ninove niet…
Mijn zoon Jelle is beginnen schilderen, heeft een typisch eigen stijl, en er is al een vernissage van zijn werken geweest. Hij heeft een kamer atelier waar hij zijn emoties op doek kan weergeven. Ik hoop dat hij dat nog lang kan doen. Emoties omzetten in kunst geeft je een enorme voldoening. Het kan schilderen, of dichten of iets anders zijn…
In 1979 al, op mijn 26, werd een dichtbundel van mij bekroond en uitgegeven.(zie verder voor-en achterpagina van ‘morgenrood en avondsluiers)
Sinds mijn 18 hou ik dagelijks een dagboek bij, dit werkt ook therapeutisch , en mijn slaappil is een half uurtje of wat langer een goed boek lezen in bed weliswaar op Kobo e-reader. Als ik aan alle ouders een raad mag geven, leer uw kind houden van boeken lezen..verruimt de woordenschat maar ook de geest, creativiteit, openheid van denken en zoveel meer. Laat ze op gepaste leeftijd een kwaliteitskrant lezen, kan digitaal. En neen ik ben geen archaïsche opa die alleen boeken leest, want ik “zit” op TikTok, heb Instagram, Linkedin, Ik chat langs whatsapp, Telegram,.. Bezig Pinterest, ChatGpt, AI-chat, ea.. Mijn Iphone is mijn hulpje voor zoveel en ooit zal hij slimmer worden dan ik door AI en AGI(artificiele intelligentie). Ik volg de evolutie week na week en app na app. Er is veel fake informatie op sociale media, als je de haatberichten leest op sociale media van extreem-rechts en extreem-links, die meestal de domsten kan overtuigen ‘hen te volgen’… dan is waakzaamheid geboden. Ook de gewone media spelen daar geen mooie rol in, de winst is hoofdzaak en dus brengen ze sensatie. De democratie is weer in gevaar, zoals honderd jaar geleden….maar toch blijf ik optimist, meestal corrigeert de mensheid zich zelf…
Waarom ik geen boer werd? Dit heb ik al geschreven , ik zag geen toekomst in het boeren. Ik zag het plan Mansholt uitgevoerd worden einde jaren 60, begin 70; de kleine en middelgrote boeren moesten eruit(mede door de Boerenorganisaties. Overigens had ik geen “boerenhanden” zei mijn Pa, een vulpen staat u beter. En gelijk had hij…
Zijn laatste jaren, mijn vader is 87 geworden, was hij een heel lieve tevreden man. Hij kon uren in de living zitten en naar zijn boom kijken. Op een dag zei hij mij “Hervé ik heb het hier gehad jongen, ik kan niet meer met alles mee en als ik terugkijk ben ik content “. Pa had gelijk, er komt een tijd van gaan..en als je dat kan aanvaarden dan heb je gelukkig geleefd.
Mijn broer Andre is na een depressie van twee jaar op tragische wijze uit het leven gestapt, wat mij tot nu toe getekend heeft. Ons mama heeft nog een paar jaar, semi-dement, rustig verbleven in een WZC in Erpe. In 2012 overleed ook zij.
En zo stond het huis leeg , na een tijd kreeg de hoeve een ietwat desolate indruk, en is het dan verkocht.
Op onze boomgaard komt een nieuwe wijk…alles komt en gaat….
Mijn jeugdjaren op het Hof waren bij de gelukkigste uit mijn leven. Hoe ouder ik word, hoe meer ik dat besef. Met dank aan mijn ouders voor een degelijke opvoeding en de mooie jaren.
Hervé
De foto’s staan niet volledig in tijdsvolgorde, De kwaliteit van oude foto’s is wat ze is, maar de mensen die er op staan zijn of waren mooie mensen, in alle aspecten van het leven. Ik heb alleen foto’s geplaatst van mensen van vroeger, of kinderfoto’s van mensen van nu die al een zekere leeftijd hebben. De privacy heeft zijn rechten, en je zal dus geen foto’s zien van mijn kleinzoons vandaag..
(versie in opmaak)
Ma en Pa huwen, Maria en Robert
Mijn ma Maria, de 'star'
Mijn Pa Robert in het leger
Ma, Pa en ik
Ik Hervé met een geschenk, uitzonderlijk daarom ook een foto genomen.
Op onze hof, aan de achterdeur, die voor bekenden de eigenlijke inkom was : Tante Paula, nonkel Herman, mijn Pa Robert en nonkel Hector(de oudste zoon), er achter nonkel Edward, nonkel Charles, nonkel Emile, tante Ester(de oudste dochter) en onderwijzeres tante Irene Redant. Zittend links tante Leonie
De vrouwen, zittend tante Leonie uit Kerksken. Vooraan : ons Ma, tante Madeleine uit Nederhasselt en tante Celeste. Achter :tante Paula, tante Leonie, tante Irene, tante Esther uit Sint-Antelinks en tante Esther, de oudste dochter die naar Court Saint Etienne is gaan wonen en boeren
Onze koets
Nonkel Mil met een van onze paarden
Huwelijk nonkel Hector en tante Leonie in Kerksken voor hun hoeve
Huwelijk van tante Esther en Albert de Middeleer
Huwelijk van tante Paula en nonkel Ernest Hoebeeck
Huwelijk nonkel Edward en tante Celeste
Tante Irene met auto aan haar schooltje in de Vondelen
Huwelijk tante Irene met Clement Roelandt, vooraan Rita uit Haaltert en ik Herve
Mijn broer André rechts, links Hervé
Ons gezin Hervé, Ma, André en Pa
Ma, Pa, nonkel Edward en tante Celeste en andere boerengezinnen op ‘uitstap’ met Boerenbond in 1966. Pa mopperde dan altijd, en zei ‘een dag per jaar gaan we op ‘reis’ en dan is het elk jaar nog naar een modelboerderij…
Nonkel Charles - Chalen
Tante Madeleine , gehuwd met nonkel Herman. Zij vestigden zich in Nederhasselt. Hun zoon Paul werd pastoor
Een familiefeest..met oa tante Celeste en nonkel Ward en nonkel Emile en misschien Maria, ons Ma
Nog zo iets uitzonderlijks, een dagje aan zee, nonkel Ward, tante Irene en haar man nonkel Clement, ons Ma en ik. De strandkledij vergeten;-)
Vormsel Hervé
Tante Irene en nonkel Clement
Ik Hervé rechts, en twee kozijns Vincent en Paul Paelemen uit Denderwindeke
Vormsel van mijn broer André, achter hem toenmalig burgemeester Frans de Man
Mijn broer André
In de jaren 60 werd een ‘nieuw huis’ gebouwd, op de voorgevel van de boerderij. Er kwam dus wat comfort bij, al waren de slaapkamers boven nog koud, en de ramen hadden enkelvoudig glas. Verwarming was mazout..
Er waren nog winters met sneeuw
Ons Ma tussen de kippen
Hervé
De echte boeren, Jef van nonkel Ward op de tractor( hij had het toen al voor de mechaniek), nonkel Ward, onze Pa, Andre, en wie nog…
Ik en mijn eerste wagen, denk ik toch. Ja de kledij was toen anders..
Ons gezin op het Hof aan de schuur
Klasfoto in 1e humaniora in College te Ninove, met klastitularis Staf Scheerlinck. Ik denk Willy de Bodt uit de Nieuwstraat naast mij te herkennen, en denk maar niet zeker Geert Kiekens op eerste rij, tweede rij Luc Haezaert, wiens Pa Richard ik erg apprecieerde, en achteraan Willem Deleu uit de Kapelstraat.
En kijk, Jef en Maria bij hun trouw, ook ons Ma, tante Paula, tante Irene en nonkel Clement….
Huwelijk Hervé en Lieve 1976
De kerk-Suisse-Swij baljuw bestond ook nog
Fiere oma Clara uit Nederhasselt en ik op trappen nieuw huis Dwarsstraat, Redanteshof
André, Ma, Pa en ik bij mijn huwelijk
Lieve’s moeder Maria op ons huwelijk, ernstige gesprekken
Lieve’s broer Paul, wat een vriend… en onze Pa
Tante Lies en tante Bertha, “de tantes“ van lieve
Foto’s van onze trouwfeest in zaal Chrismas te Kerksken
Pa Robert, Ma Maria en broer Andre op huwelijksfeest
En zo kwam Lieve ook op het Redanteshof
Nonkel Hector, nonkel Ward, Nonkel Herman, Pa Robert, tante Irene, nonkel Mil
Paul Redant, zoon van nonkel Herman uit Nederhasselt. Is priester geworden en pastoor in vele parochies.
En toen in april 1979 werd onze zoon Jelle geboren
Ma en Pa fier met onze Jelle
Ons Ma en oma Clara met de kleine Jelle
Pa met Jelle, dacht er een boer van te maken
Jelle bij de konijntjes
Ons Ma, Andre en Jelle achter het Hof
Pa in de zetel met Jelle
Lieve, ik en Ma en Pa aan de achterdeur
Zicht op deel binnenkoer En achterpoort
Jelle en zijn konijn
Jelle in zijn park op de hof, de grote Mechelse Scheper gelukkig goed opgesloten
Achter het Hog de tuin, Ma, Pa,, Paul zoon van nonkel Herman, Lieve en ik
Onze Pa en een van zijn honden
Op een of ander feestje, nonkel Ward of Eduard en tante celeste.
Tante Celeste en nonkel Edward, tante Celeste had zo’n hoge waardering van ‘de Redanten’, dat ze bij elk feestje riep “de Redanten, de Redanten, speciale mensen”. Ik heb me lang afgevraagd vanwaar die adoratie, misschien had nonkel Edward …speciale gaven-)
André hield ook van honden, van alle dieren trouwens
Nonkel Mil, Nera en Albrecht haar man, te vroeg overleden
De kippenhangaar achter het Hof
En ja iedereen werd wat ouder, Rolanteken was nu Roland, en André hier samen onze living op Hof
Na pensioen van Pa had de boerderij nu ook rust, zelfs een idiote nep-kabouter werd er gezet.
Onze Jelle werd groot
We deden samen aan karate in Ninove, en oefenden thuis
Jelle werd een ervaren ‘skater’, wat mij vooral veel geld heeft gekost aan skate borden, en allerlei…
Jelle
Aan de achterpoort, Pa, Ma, Jelle, Hervé, Lieve, André tante Irene en Roland - rechts restanten van het ‘huizeken’ en klein duivenhok
Jelle en Roland op binnenkoer, de auto’s verschenen in beeld
Lieve en ik op een of andere feest
Het verleden was er nog
De schuur werd bouwvallig
André en Ma
Tante Irene en Pa op een verjaardagsfeestje de schilderij op achtergrond, sneeuwlandschap, is geschilderd door nonkel Hector uit Kerksken. Na zijn pensioen werd hij een verwoed schilder
Onze Pa zijn boom, die hij gepland had in zijn jeugd
André bij onze schuur
Het Hof treurde bij zijn aftakeling
Bij één van de tien feesten die tante Irene heeft gegeven, of was dit in de Pastorij…tante Irene en Paul uit Kerksen, de man van nicht Greta
Nicht Greta uit Kerksken en Lieve
Foto van Hervé, niet voor de kaasschotel, maar voor de oude hoekkast, die van in de jaren ‘30-‘40 op het Redanteshof staat. Nu in Kerksken
Silo achter het Hof
Nieuwe tijden, op bezoek bij Greta en Paul in Spanje
Er moest ook gewerkt worden , mijn job bij de BBI - Bijzondere Belasting Inspectie. Best als je dossier niet in die kasten zat-)
En dan onze en mijn vele reizen, hier in Wahrane, Algerije. Bijna nooit georganiseerde reizen, doorkruisen van Algerije, Marokko, Egypte, Syrië voor de oorlog van 2011, Maleisië, Indonesië, en zoveel meer. Voor ik een buitenverblijf had in Spanje, ging ik elke winter 3 weken naar Egypte, 21gr en 8u zon. wegens veiligheid daar wel georganiseerde reizen naar Egypte. Oa cruise op de Nijl, verblijf in ‘The Old Cataract’ hotel, waar president Mitterand is naartoe gegaan om te sterven. De koffie kostte er maar 2,5€., ondanks de naam en bekendheid o.a. uit Agatha Christie’s boeken was het er niet duur….. voor een Europeaan. Ik zag daar ook wat armoede was, en hielp vele sukkelaars, zieken, enz… met om medicatie te gaan in apotheek enz. Een jongetje van 8,9 had zwaar rood ontstoken ogen, Lieve en ik zijn er mee bij dokter en apotheker geweest. Zelfs voor een paar paracetemol hadden de mensen geen geld. Ze verdienden 1€ per dag.
In Santa Pola, provincia Alicante, waar ik vele maanden heb genoten, en veel Spaanse vrienden heb gemaakt
Italia, een der mooiste landen ter wereld
Ik had ook mooie lieve grootouders uit Nederhasselt, de ouders van ons Ma. Ik voeg hier enkele foto’s bij van Clara Corrijn en Hector Paeleman.
Meetje, Clara Corrijn en Peetje Hector Paelemen, die een hoeve in Nederhasselt hadden
Kranige oma Clara
Mijn Peter Hector Paeleman en zijn gezin uit Nederhasselt. Ook op foto ons moeder Maria
Foto in Nederhasselt, mijn grootouders en de hele familie bij een Huwelijksjubileum
Mooi schilderijtje door nonkel Hector uit Kerksken van Steppe’s kapel overschaduwd door haar populieren, niet ver van mijn grootouders hoeve in Nederhasselt. Ik kijk er dikwijls naar in mijn living
mail hervé : herveredant@icloud.com
Maak jouw eigen website met JouwWeb